Home > Historie - Overzicht > Het Einde

Het Einde

Tijdens deze periode van aanpassing kondigt op 3 oktober 1996 de N.V. Sep het voornemen aan om de elektriciteitsproductie met de KCD in maart 1997 definitief te stoppen, 7 jaar eerder dan de geplande datum 1 januari 2004.

Aanleiding hiervoor was het gebrek aan een politiek-maatschappelijk draagvlak voor elektriciteitsproductie door middel van kernenergie en daarmee een onvoldoende bedrijfseconomische perspectief voor de onderzoekscentrale in Dodewaard. Een belangrijk signaal hierbij was het uitblijven van een duidelijk regeringsstandpunt over de bouw van nieuwe kernenergiecentrales in Nederland in de nabije toekomst. Het steeds verder afnemen van een positieve houding over dit onderwerp werd duidelijk uit diverse nota's en besluiten van de overheid. Ook werd elektriciteit steeds meer een product dat op de vrije markt verhandeld werd. Bedrijfseconomisch is hierin geen plaats voor een centrale die vanwege haar onderzoeksdoelstelling niet concurrerend kan produceren.

Op 7 maart 1997 gaat de Minister van Economische Zaken akkoord met het genoemde voornemen van de Sep tot wijziging van het Elektriciteitsplan 1997-2006.

Op 26 maart 1997 stopt de elektriciteitsproductie van de kernenergiecentrale. Op 26 juni 1997 besluit de directie van de N.V. GKN de elektriciteitsproductie per 1 juli 1997 definitief te staken.

Van begin af aan heeft GKN er rekening mee gehouden dat de kerncentrale uiteindelijk weer afgebroken zou moeten worden en daar plannen voor ontwikkeld en gelden gereserveerd. Deze plannen voorzien in een wachttijd voor volledige ontmanteling van 40 jaar om de resterende radioactiviteit grotendeels (99,5 %) te laten vervallen. Daarna volgt de afbraak van de restanten van de kerncentrale. Voorafgaand aan de wachttijd is de KCD, om mogelijk ongecontroleerde verspreiding van radioactieve stoffen in de omgeving te voorkomen, in een staat van Veilige Insluiting gebracht.

Vervolg... >